Wist verdachte dat door hem bestuurde auto afkomstig was uit enig misdrijf?

Wist verdachte (bestuurder van auto) ten tijde van het voorhanden krijgen van auto dat het een door misdrijf verkregen goed betrof?

Wist verdachte (bestuurder van auto) ten tijde het voorhanden krijgen van auto dat het een door misdrijf verkregen goed betrof?

Beklag beslag, niet-ontvankelijkverklaring.

In hoeverre is het onderzoek ter terechtzitting nietig in hoger beroep?

Heeft de rechtbank bij beslissing over de ontvankelijkheid van het beklag ten onrechte geen toepassing gegeven aan de termijn als bedoeld in artikel 552a lid 3 Sv (drie maanden na eind van vervolgde zaak)?

Handelde de verbalisant bij de staandehouding van de verdachte in de rechtmatige uitoefening van zijn functie?

Bewijsklacht.

Had een afschrift van de dagvaarding in hoger beroep moeten worden verzonden naar het in volmacht tot instellen van hoger beroep opgegeven adres van de verdachte in Roemenië?

Kon het hof oordelen dat door of namens de verdachte geen schriftuur houdende grieven is ingediend en dat verdachte mede daarom ex artikel 416 lid 2 Sv niet-ontvankelijk wordt verklaard in hoger beroep?

Kon het hof oordelen dat door of namens de verdachte geen schriftuur houdende grieven is ingediend en dat verdachte mede daarom ex artikel 416 lid 2 Sv niet-ontvankelijk wordt verklaard in hoger beroep, nu het hof geen acht heeft geslagen op de inhoud van het door de raadsvrouw verzonden document waarin (kennelijk) grieven zijn opgenomen en dat (deels) aan cassatieschriftuur is gehecht?

In hoeverre is de motiveringsplicht van het hof als bedoeld in artikel 359 lid 2 Sv van toepassing op een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt van de verdediging?

In hoeverre is de motiveringsplicht van het hof met betrekking tot de betrouwbaarheid van herkenningen door verbalisanten, zoals bedoeld in artikel 359 lid 2 tweede volzin Sv van toepassing op een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt van de verdediging?