Is ’s hofs oordeel dat verdachte opzet had op het vervoeren van de aangetroffen cocaïne toereikend gemotiveerd?

Beschikking.

Had het hof de ambtshalve niet-verschenen verdachte in de gelegenheid moeten stellen via een videoconferentie als bedoeld in artikel 131a Sv aan het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep deel te nemen?

Heeft het hof (door op basis van de verklaringen van de aangeefster te concluderen dat zij consistente en gedetailleerde verklaringen heeft afgelegd die gepaard gingen met zichtbare emoties) zich in zijn nadere bewijsoverweging beroepen op niet in de bewijsmiddelen vermelde gegevens zonder daarbij met voldoende mate van nauwkeurigheid die feiten en omstandigheden aan te duiden noch het wettig bewijsmiddel aan te geven waaraan het die feiten en omstandigheden heeft ontleend?

Heeft het hof het beoordelingskader van de redelijke termijn miskend door de overschrijding van de redelijke termijn niet te beoordelen per instantie maar voor de procedure als geheel en door niet aan te geven welke straf zou zijn opgelegd als de redelijke termijn niet was overschreden?

Heeft het hof het beoordelingskader van de redelijke termijn miskend door de overschrijding van de redelijke termijn niet te beoordelen per instantie maar voor de procedure als geheel en door niet aan te geven welke straf zou zijn opgelegd als de redelijke termijn niet was overschreden?

Welke betekenis komt toe aan de omstandigheid dat pas bij de inhoudelijke behandeling van de zaak ter terechtzitting door de verdediging wordt verzocht om de getuigen te horen, terwijl de verdediging al in een eerder stadium de mogelijkheid heeft gehad om zo’n verzoek te doen?

Welke betekenis komt toe aan de omstandigheid dat pas bij de inhoudelijke behandeling van een zaak ter terechtzitting door de verdediging wordt verzocht om getuigen te horen, terwijl de verdediging al in een eerder stadium de mogelijkheid heeft gehad zo’n verzoek te doen?

Heeft de verdachte ‘stelselmatig’ inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van zijn ex-partner?

Kon het hof oordelen dat de redelijke termijn in hoger beroep niet is overschreden, omdat het tijdsverloop door de verdediging is veroorzaakt?