De Hoge Raad herhaalt toepasselijke overwegingen uit ECLI:NL:HR:2005:AT3659 en ECLI:NL:HR:1984:AC8252. Slagende bewijsklacht. Voor zover het middel betoogt dat het hof heeft verzuimd de dagvaarding ten aanzien van het onder 7 ten laste gelegde feit nietig te verklaren aangezien de feitelijke omschrijving van de ten laste gelegde gedragingen onvoldoende is, kan het middel niet tot cassatie leiden omdat een dergelijk verweer niet voor het eerst in cassatie kan worden gevoerd. Voor zover het middel klaagt dat het hof het bewezen verklaarde ten onrechte heeft gekwalificeerd als 'poging tot diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels' aangezien de feitelijke omschrijving van de ten laste gelegde gedragingen onvoldoende is, geldt dat mede gelet op de bewijsvoering de bewezenverklaring redelijkerwijs zo moet worden opgevat dat met de nader omschreven bankpassen is gepoogd geld weg te nemen uit een geldautomaat. Het hof heeft het bewezen verklaarde terecht gekwalificeerd als voormeld.
Hoge Raad, 03-12-2013