Ondanks de onjuiste rechtsopvatting van het hof, leidt de klacht ten aanzien van de uitleg van het begrip ‘opzettelijk’ als bedoeld in artikel 273f aanhef en lid 1 sub 6º niet tot cassatie.

De verklaring van de aangeefster vindt onvoldoende steun in ander gebezigd bewijsmateriaal.

Het kennelijke oordeel van het hof dat het niet anders kan zijn dan dat de desbetreffende fiets van diefstal afkomstig is, is niet onbegrijpelijk.

De verdachte wordt niet-ontvankelijk verklaard in zijn cassatieberoep, nu geen schriftuur houdende middelen van cassatie is ingediend.

Het oordeel van het hof dat kan worden volstaan met de constatering dat sprake is van overschrijding van de redelijke termijn in eerste aanleg is niet zonder meer begrijpelijk.

Falende klachten ten aanzien van het aanwezigheidsrecht van de verdachte bij een getuigenverhoor en de motivering van de bewezenverklaring van opzetheling.

Vervolg op alcoholslotprogramma: OM niet-ontvankelijk in vervolging.

Het hof mocht het vonnis van de politierechter bevestigen; geen sprake van niet-naleving van artikel 359 lid 3 Sv, zoals het middel betoogt.

De door het hof in de bewijsvoering vastgestelde omstandigheden zijn niet zonder meer toereikend voor het oordeel van het hof dat verdachte ‘roekeloos’ heeft gehandeld.

Het hof had de onherroepelijk in rechte toegewezen vorderingen van de benadeelde partij op het geschatte voordeelsbedrag in mindering moeten brengen.